Met VITO 30 VITO VM en VITO 80 Verleng je de levensduur van de frituurolie, door middel van micro filtratie en het meten van de kwaliteit.
De kwaliteit van uw frituurolie:
Oliën/vetten (zowel vloeibaar als vast) worden afgebroken door verschillende aspecten, o.a.
koolstof en zweefstof. Een vloeibare olie/vet wordt gemakkelijker afgebroken dan vast vet. Dit
komt doordat er in een vloeibare olie/vet meer meervoudige onverzadigde vetzuren zitten (zie
afbeelding onder). Deze onverzadigde vetzuren willen namelijk verzadigd worden. Tijdens dit
proces van onverzadigd naar verzadigd, wordt de olie afgebroken en gaat zich aan elkaar binden.
Op een gegeven moment heb je duizenden deeltjes oliën aan elkaar, ook wel polymerisatie
genoemd. Tijdens deze polymerisatie ontstaan er ook een aantal losse kleine stukjes olie, vrije
vetzuren. De polymerisatie bestaat uit dimere- en polymere triglyceriden (DPTG).
De NVWA wilt niet dat de DPTG hoger gaat dan de waarde 13. Deze DPTG’s zijn namelijk zeer
schadelijk voor de gezondheid. De DPTG’s zorgen ook voor smaak afwijkingen aan de gefrituurde
producten. De DPTG’s zijn alleen te meten via labaratiorium onderzoek en aangezien dit duur en
lastig is gebruikt de NVWA een digitale olietester. Deze digitale olietester meet de polaire deeltjes
(Total Polair Material) en mag niet hoger zijn dan 24%TPM. Vervang daarom altijd op tijd uw vet!
U wilt natuurlijk niet dat uw vet onnodig snel oud word, daarom adviseren wij om deze koolstof en
zweefstof er sowieso iedere avond onder hoge druk uit te filteren. U kunt er niet voor zorgen dat
uw vet weer nieuw wordt, wel kunt u ervoor zorgen dat dit verouderingsproces vertraagd wordt.
Daarom moet u bij het kern van het probleem zijn en dat is, ervoor zorgen dat er zo min als
mogelijk koolstof en zweefstof in uw vet zweeft.
Wij adviseren u niet alleen te filteren om de kwaliteit van uw vet te verlengen, maar ook om met
de digitale olietester de kwaliteit ( achteruitgang ) van uw vet te meten, zodat u nooit te oude
olie/vet heeft.
Interpretatie van meetgegevens volgens IUPAC-Methode 2,507
(internationaal erkende meetwijze):
Polar Compounds (TPM) 0 2 4 8 10 12 14 16 18 20 22 24 26 27
DPTG 0 1 3 4 5 6 8 9 10 12 13 15 16 Hier ziet u dat de TPM van 24 gelijk staat aan de DPTG van 13. Houdt u zich hieraan, dan voorkomt u een boete.
Vervangen van olie/vet:
• Door het bakken gaat de kwaliteit van uw frituurvet achteruit zoals u net gelezen heeft.
Tijdens het bakken gaat er ook een beetje vet verloren. Helaas is alleen bijvullen niet
voldoende. Dit komt doordat de oude vet de afbraak van de verse vet versneld.
• Ververs de vet dus op tijd en vul niet alleen bij.
• Reinig uw friteuse volgens de gebruiksaanwijzing en spoel dit goed na.
• De oude vet mag uiteraard niet door het putje worden gespoeld of bij het andere
bedrijfsafval terecht komen. Gespecialiseerde bedrijven zorgen voor de inzameling van de
gebruikte vet.
Hoe kan ik weten wanneer mijn vet oud is?
Dit kunt u zien aan een aantal aspecten:
• Geur:
De ranzige geur komt door de vrije vetzuren. De vrije vetzuren ontstaan
natuurlijk bij aanwezigheid van koolstof en zweefstof. Het ontstaat echter ook
door aanwezigheid van zuurstof in de olie en als je op een te hoge temperatuur bakt. Dit
gebeurt sneller bij vloeibare vetten/olien dan bij vast vet.
• Kleur:
Over het algemeen geldt: donker vet hoeft niet slecht te zijn! Zetmeel in de
aardappels die omgezet worden in suikers doen de vet zwart worden omdat het
karameliseerd, dit zijn gelukkig geen schadelijke deeltjes maar slechts kleur. Het vet kan ook
donker zijn vanwege de aanwezige hoeveelheid koolstof en zweefstof (gepolymeriseerde
olie/vet).
• Stroperigheid:
Wanneer vetdeeltjes worden afgebroken (onder meer door hoge temperatuur), vallen ze
uiteen en binden ze zich aan andere deeltjes. Daarbij worden lange ketens gevormd, wat
polymerisatie wordt genoemd. Bij polymerisatie ontstaan DPTG’s (dimere en polymere
triglyceriden). (zie boven)
• Schuimen:
Nieuwe vet vormt grote bellen die snel verdwijnen. Bij oudere vet ontstaan kleine belletjes
die maar langzaam wegtrekken. De frituurolie of frituurvet moet dan onmiddellijk
vervangen worden. Eigenlijk is het al te laat.
• Walmen:
Als uw vet gaat walmen kan dit komen doordat er veel vrije vetzuren zijn gevormd door
een overmaat aan koolstof en zweefstof. Walmen kan ook komen doordat uw vet op een
te hoge temperatuur is. Wij adviseren te frituren bij een temperatuur van 175 graden.
• Meten:
Met de teststripjes kunt u de zuurtegraad van de olie meten. Helaas wordt dit altijd
verkeerd gebruikt. U moet deze stripjes in de koelkast bewaren en met koude frituurolie
meten.
• Digitaal testen:
Dit adviseren wij te doen met de digitale olietester. Bij dagelijks meten voorkomt u een
boete. Bij de TESTO-meter is een waarde van TPM24% het moment om uw frituurolie of vet
te vervangen. Boven de TPM24% (staat gelijk aan DPTG 13% gewichtsprocent) loopt u het
risico van een bekeuring door de Nieuwe Voedsel- en Waren Autoriteit. 1e keer € 550,00
(direct af te rekenen) en 2e keer zaak op slot .
Ons advies:
Het VITO® Frituuroliefilter kunnen wij u aanbevelen voor een optimale dagelijkse reiniging van
frituurolie en/of vet (zowel vloeibaar als vast). De VITO® geeft een aantoonbare besparing op het
verbruik van uw frituurolie van 40-60%. Er staan inmiddels +/- 45.000 VITO®’s in 150 landen. In de
Benelux staan er +/- 700 apparaten en hopen wij dit jaar de 1000ste klant te mogen begroeten.
(bron: o.a. Bundesverband der Lebensmittelkontroleure E.V.
Vertaald: Nieuwe Voedsel- en Waren Autoriteit )
In deze afbeelding ziet u dat een olie/vet bestaat uit meervoudigde onverzadigde vetzuren, enkelvoudig onverzadigde
vetzuren en verzadigde vetzuren. De meervoudig onverzadigde vetzuren worden het snelste oud (gepolymeriseerd) en
de verzadigde vetzuren het minst snel. Daarom adviseren wij een olie/vet met veel verzadigde vetzuren en veel
enkelvoudige onverzadigde vetzuren zoals palmolie uit gecertificeerde plantages.
De koolstof en zweefstof dat het VITO® Frituuroliefilter
uit uw frituurolie filtert. VITO oliefilters voor smakelijker en gezonder gefrituurde producten! door microfiltratie en meten van kwaliteit.
Het meten van het frituurvet kunt u eenvoudig doen met onze oliefiltertester. Deze meet de kwaliteit van het vet. Het frituurolievet wordt tot 5 micron gefilterd.
In deze afbeelding ziet u dat een olie/vet bestaat uit meervoudige onverzadigde vetzuren, enkelvoudig onverzadigde
vetzuren en verzadigde vetzuren. De meervoudig onverzadigde vetzuren worden het snelste oud (gepolymeriseerd) en
de verzadigde vetzuren het minst snel. Daarom adviseren wij een olie/vet met veel verzadigde vetzuren en veel
enkelvoudige onverzadigde vetzuren zoals palmolie uit gecertificeerde plantages.
De koolstof en zweefstof dat het VITO® Frituuroliefilter uit uw frituurolie filtert.
Voor smakelijker en gezonder gefrituurde producten!